De Wtl bestaat uit drie soorten tegemoetkomingen voor werkgevers:

• Lage-inkomensvoordeel (LIV);
• Tegemoetkoming verhoging minimumjeugdloon (ook wel jeugd-LIV genoemd);
• Loonkostenvoordeel (LKV).

LIV en jeugd-LIV

Het LIV is een tegemoetkoming voor werkgevers die werknemers in dienst hebben met een laag loon (2018: gemiddeld uurloon minimaal € 9,82 en maximaal € 12,29). Deze tegemoetkoming is ingegaan op 1 januari 2017. Het vaststellen en uitbetalen van het LIV vindt voor het eerst plaats in 2018.

Het jeugd-LIV biedt werkgevers een compensatie voor de verhoging van het minimumjeugdloon en is ingegaan op 1 januari 2018. Het vaststellen en uitbetalen van deze tegemoetkoming vindt voor het eerst plaats in 2019.

LKV

Ook het LKV is ingegaan op 1 januari 2018. Dit is een tegemoetkoming voor werkgevers die oudere werknemers en werknemers met een beperking door ziekte of handicap in dienst nemen. Het LKV vervangt de premiekortingen arbeidsgehandicapte werknemer en oudere werknemer. Vaststellen en uitbetalen van de LKV-tegemoetkomingen start voor het eerst in 2019.

Kennisdocument Wtl

Het kennisdocument bevat antwoorden op algemene en specifieke vragen over de drie tegemoetkomingen (LIV, jeugd LIV en LKV). Het gaat om vragen zoals wie er verantwoordelijk is voor de berekening en vaststelling van de tegemoetkomingen en wat er gebeurt als een werkgever recht heeft op zowel LKV als LIV. Het kennisdocument is voor het eerst uitgegeven in juli 2017 en inmiddels twee keer geactualiseerd. Het ministerie heeft nu Versie 3.0 van het kennisdocument (juli 2018) uitgebracht.

Bron: Fiscaal+