Ruim een kwart van de belastingplichtigen moet langer wachten dan de wettelijke termijn op afhandeling van een bezwaarschrift. Dat blijkt uit de voortgangsrapportage over de eerste helft van 2019.
Dat schrijft de Telegraaf. Staatssecretaris Snel van Financiën moest zich eind vorig jaar in een Kamerbrief al verantwoorden voor de gebrekkige afhandeling van bezwaren. Op 1 oktober 2018 kreeg maar 80% van de mensen binnen de termijn van zes weken uitsluitsel over zijn bezwaar, terwijl de doelstelling is om dat bij 90 tot 95% van de bezwaren te doen.
Inmiddels is dat percentage nog verder weggezakt. Het percentage bezwaarschriften dat dit jaar niet op tijd is verwerkt, is nog meer dan vorig jaar, omdat eerst de voorraad oudere bezwaren weggewerkt moet worden. Van de 147.000 bezwaren zijn 71.000 tegen de vermogensrendementsheffing. Eind vorig jaar waren dat er nog 46.000 op de totale voorraad van 140.000. De voorraad bezwaren die niet tegen de vermogensrendementsheffing zijn gericht is dus gedaald van 94.000 naar 76.000. De Belastingdienst stuurt er nog altijd op aan om eind dit jaar de achterstanden helemaal weggewerkt te hebben. Volgens de fiscus verloopt alles nog volgens plan, zo citeert de krant een woordvoerder.
Lees ook het thema Bezwaar: het gesloten stelsel van rechtsbescherming.
Bron: Telegraaf
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Bronbelasting