Staatssecretaris Snel van Financiën stuurt antwoorden op vragen over het beleidsbesluit van 29 maart 2018, V-N 2018/18.21, met betrekking tot huwelijk en schenkbelasting naar de Eerste Kamer.

Snel heeft met het nieuwe beleidsbesluit niet verwoord wat aan wetgevende maatregelen niet haalbaar bleek op basis van het wetsvoorstel Overige Fiscale Maatregelen 2018. Het wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2018 bevatte maatregelen waarin werd vastgelegd wanneer bij het aangaan van een huwelijk, van huwelijkse voorwaarden of van een samenlevingsovereenkomst sprake is van een schenking. Dit onderdeel van het wetsvoorstel is gesneuveld door een amendement van het Kamerlid Omtzigt (CDA). Snel betreurt het dat de wijzigingen geen kracht van wet hebben gekregen. In het beleidsbesluit geeft Snel alleen de zekerheid dat als de echtgenoot die voorafgaand aan de wijziging van het huwelijksgoederenregime het meestvermogend was na de wijziging gerechtigd blijft tot ten minste 50% van die gemeenschap, dit geen schenking vormt voor de toepassing van de Successiewet 1956. Snel meent deze zekerheid te kunnen geven binnen de huidige regelgeving, jurisprudentie en een goedkeuring uit 2012. Voor situaties die verder gaan, blijft onzekerheid bestaan omdat regelgeving en jurisprudentie hierover geen uitsluitsel geven.

Verder wordt op dit moment bekeken of in de situatie van een samenlevingscontract met bijvoorbeeld een wederkerig finaal verrekenbeding dezelfde fiscale gevolgen kunnen gelden als in een situatie van huwelijkse voorwaarden met een wederkerig finaal verrekenbeding.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Schenk- en erfbelasting

Editie: 22 juni

16

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen