Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat ondanks de twee latere uitspraken op bezwaar het beroep van mevrouw X geacht wordt te zijn gericht tegen de eerste uitspraak op bezwaar.

Mevrouw X ontvangt over 2007 en 2008 zorgtoeslag. Medio 2009 wordt de definitieve zorgtoeslag over beide jaren bij beschikking vastgesteld op nihil en worden de betaalde voorschotten teruggevorderd. Op 10 juni 2010 doet de inspecteur uitspraak op bezwaar inzake 2007, waarbij de nihil-beschikking wordt gehandhaafd. Naar aanleiding van de daarna gevoerde correspondentie doet de inspecteur tot twee keer toe een nieuwe uitspraak op bezwaar. De beslissing van de oorspronkelijke uitspraak op bezwaar wordt echter beide keren gehandhaafd. In maart 2011 gaat X vervolgens in beroep.

Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat ondanks de twee latere uitspraken op bezwaar het beroep van X geacht wordt te zijn gericht tegen de eerste uitspraak op bezwaar. Weliswaar had de inspecteur de eerste brief van X als beroepschrift moeten doorsturen naar de rechtbank, maar het staat vast dat die brief ruim buiten de beroepstermijn verstuurd was. Het maakt ook niet uit dat de inspecteur met zijn brieven verwarring heeft gezaaid. Het is weliswaar onzorgvuldig, maar dit maakt de termijnoverschrijding nog niet verschoonbaar. Het beroep van X wordt niet-ontvankelijk verklaard.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank 's-Gravenhage

2

Gerelateerde artikelen