Hof Amsterdam oordeelt dat X niet op de wettelijk voorgeschreven wijze aangifte heeft gedaan. De opgelegde boete is dan terecht.

X exploiteert een taxibedrijf. In een brief van 11 augustus 2011 deelt de inspecteur aan X mede dat hij, vanaf 1 januari 2012, voor zijn btw-aangifte, geen ontheffing meer krijgt voor het doen van digitale aangifte. De inspecteur legt op 23 april 2013 een btw-naheffingsaanslag op aan X. Tevens legt hij een verzuimboete op wegens het niet doen van aangifte.

Hof Amsterdam oordeelt dat X niet op de wettelijk voorgeschreven wijze aangifte heeft gedaan. Het hof overweegt daarbij dat X onvoldoende heeft onderbouwd waarom bij hem het gerechtvaardigde vertrouwen zou zijn gewekt dat hij ook vanaf 1 januari 2012 nog op papier btw-aangifte kon doen. Verder merkt het hof nog op dat de inspecteur X er tijdig op heeft gewezen dat hij vanaf 2012 niet langer meer een papieren aangifte kon indienen. Een eventueel opgewekt vertrouwen is dan volgens het hof tijdig opgezegd. De boete blijft in stand.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 8

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof Amsterdam

3

Gerelateerde artikelen