A-G Niessen is van mening dat niet relevant is of het appartement door de buitenlandse eigenaren niet wordt verhuurd of geëxploiteerd ter uitoefening van een bedrijf. Er moet nog wel onderzocht worden of en – zo ja – in hoeverre X wordt benadeeld door de box 3-heffing.
X en zijn echtgenote emigreren in 2007 naar Mexico en blijven ieder voor de helft eigenaar van een appartement in Nederland. De WOZ-waarde daarvan is in 2018 € 913.000. X verzet zich tegen de heffing van zijn helft daarvan in box 3. X stelt namelijk geen 'werkelijke' inkomsten uit het appartement te hebben genoten. Volgens Hof 's-Hertogenbosch moet het begrip exploitatie (art. 6 lid 3 Verdrag Nederland-Mexico) ruim worden uitgelegd en ziet het op elke aanwending van een onroerende zaak die leidt tot – werkelijke of forfaitair te bepalen – voordelen conform de Nederlandse fiscale wetgeving. X gaat in cassatie.
Advocaat-Generaal Niessen is van mening dat niet relevant is of het appartement niet wordt verhuurd of geëxploiteerd ter uitoefening van een bedrijf. Bij eigen gebruik is de WOZ-waarde bepalend voor het fictieve rendement uit sparen en beleggen. Naar aanleiding van HR 24 december 2021, 21/01243, V-N 2022/2.3 moet volgens de A-G nog wel onderzocht worden of en – zo ja – in hoeverre X wordt benadeeld door de box 3-heffing. Alleen in dat geval en voor dat deel moet een redelijke op rechtsherstel gerichte compensatie worden geboden. De conclusie strekt tot gegrondverklaring van het beroep van X en tot verwijzing.
Lees ook het thema De tweede woning in binnen- en buitenland en box 3.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 7.7
Wet inkomstenbelasting 2001 7.1
Wet inkomstenbelasting 2001 5.3
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Internationaal belastingrecht
Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
Editie: 25 april