X, een stichting, vraagt in 2007 een bouwvergunning aan voor het veranderen van een verpleeghuis. De heffingsambtenaar van de gemeente Haren legt haar een aanslag bouwleges op ter grootte van € 76.855,50. In geschil is of de legesverordening van de gemeente verbindend is en of de daarop gebaseerde nota leges in stand kan blijven.
Rechtbank Groningen oordeelt dat bij een bouwlegestarief van 3,55% van de bouwsom nog steeds sprake is van een bescheiden percentage als bedoeld door de Hoge Raad (HR 14 augustus 2009, nr. 43.120, V-N 2009/38.30). Het feit dat de gemeente Haren op dit gebied één van de duurste gemeenten van Nederland is, brengt de rechtbank niet tot de conclusie dat er sprake is van een onredelijk of willekeurig tarief. Verder beslist de rechtbank dat de gemeente de opbrengstlimiet niet heeft overschreden. De rechtbank is van oordeel dat de heffingsambtenaar voldoende inzicht heeft gegeven in de ramingen. De heffingsambtenaar heeft aangegeven dat de ramingen bij het product bouwzaken worden gebaseerd op gegevens over historisch constante volumes en gemiddelde bouwsommen. Verder heeft de heffingsambtenaar de uurtarieven voor de medewerkers binnen- en buitendienst meegedeeld. De rechtbank verwerpt de stelling van X dat de heffingsambtenaar binnen de loonkosten onvoldoende onderscheid heeft aangebracht in loonkosten die wèl dan wel géén verband houden met diensten waarvoor leges worden geheven. Volgens de specificatie en de toelichting daarop bedraagt het dekkingspercentage 78,8%. De heffingsambtenaar heeft in een latere brief erkend dat een aantal kostenposten ten onrechte zijn toegerekend aan de leges. Rekening houdend hiermee bedraagt het dekkingspercentage echter nog steeds (slechts) 83,4%. Hetgeen X naar voren brengt is te algemeen om te oordelen dat de gemeente de opbrengstnorm heeft geschonden. Het gelijk is derhalve aan de heffingsambtenaar. Het beroep van X is alleen gegrond omdat de heffingsambtenaar in de beroepsfase heeft aangegeven dat de aanslag onjuist is berekend en moet worden verminderd naar € 75.855.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Leeuwarden
Editie: 9 augustus