Rechtbank Den Haag oordeelt dat de Belastingdienst/Toeslagen de zorg- en huurtoeslag van een vreemdeling zonder verblijfstitel terecht heeft stopgezet. Het hoger beroep dat deze persoon heeft ingesteld heeft geen opschortende werking. Dit betekent dat de vreemdeling in 2012 geen rechtmatig verblijf meer had in Nederland en dat hij geen recht meer had op huur- en zorgtoeslag.

X beschikt over een tijdelijke verblijfsvergunning die een aantal keer is verlengd en nu afloopt op 8 maart 2011. Het verzoek van X om de vergunning opnieuw te verlengen, wordt afgewezen. X mag de behandeling van een eventueel beroep niet in Nederland afwachten. Op 23 december 2011 verklaart Rechtbank 's-Gravenhage het beroep van X tegen deze afwijzing ongegrond. Tegen deze uitspraak heeft X hoger beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De Belastingdienst/Toeslagen besluit de zorg- en huurtoeslag 2012 van X op nihil te stellen omdat X geen verblijfstitel heeft. In geschil is of dit terecht is.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de Belastingdienst/Toeslagen de zorg- en huurtoeslag van X die geen verblijfstitel heeft, terecht heeft stopgezet. Het hoger beroep dat X bij de Raad van State heeft ingesteld heeft geen opschortende werking. Dit betekent dat X in 2012 geen rechtmatig verblijf meer had in Nederland en dat hij geen recht meer had op huur- en zorgtoeslag. Dat X van de gemeente wel een bijstandsuitkering heeft gekregen, doet aan het voorgaande niet af. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Vreemdelingenwet 2000 10

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingrecht algemeen

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 27 februari

0

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen