Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat de heer X in 2011 geen recht heeft op huurtoeslag, aangezien de periode van zijn rechtmatig verblijf niet aaneensluitend is op rechtmatig verblijf.

Belanghebbende, de heer X, verblijft in Nederland op grond van de Vreemdelingenwet 2000. In geschil is of X in 2011 recht heeft op huurtoeslag. Volgens de gegevens van de Immigratie- en naturalisatiedienst (IND) is het verblijf van X in de periode 1 januari 2011 tot 11 juli 2011 niet rechtmatig. Zijn verblijf in de periode 11 juli 2011 tot en met 31 december 2011 is rechtmatig.

Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat X in 2011 geen recht heeft op huurtoeslag, aangezien de periode van rechtmatig verblijf niet aaneensluitend is op rechtmatig verblijf. X heeft namelijk gedurende de periode van rechtmatig verblijf alleen aanspraak op huurtoeslag indien deze periode wordt voorafgegaan door een periode van rechtmatig verlijf. De toeslag is dus (uiteindelijk) terecht vastgesteld op nihil. De inspecteur baseert zijn beslissing terecht op gegevens van de IND. Dit volgt uit het wettelijke systeem en de vaste jurisprudentie. De inspecteur kan zelf geen zelfstandige afweging maken ten aanzien van de verblijfstatus van X. Het beroep van X is ongegrond, doch aangezien de inspecteur heeft verzuimd tijdig de correcte voorschotbeschikkingen kenbaar te maken, heeft X recht op een proceskostenvergoeding van € 218,50.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingrecht algemeen

Instantie: Rechtbank 's-Gravenhage

6

Gerelateerde artikelen