Aan belanghebbende, X, zijn aanmaningen tot betaling verzonden betreffende aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor de jaren 2003 en 2004 en de navorderingsaanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor de jaren 1994 tot en met 1998 en vermogensbelasting voor de jaren 1992 tot en met 1998. Rechtbank Haarlem heeft de beroepen van X hiertegen deels niet-ontvankelijk en deels ongegrond verklaard. X komt in hoger beroep.
Hof Amsterdam verwijst voor de feiten en de geschilomschrijving naar de uitspraken in de rechtbank. In hoger beroep zijn immers geen nieuwe feiten ingebracht en geen nieuwe geschilpunten aangevoerd. Het hof komt tot de slotsom dat de beroepen ongegrond zijn. Voor de zaken met kanmerk AWB 07/03722 tot en met 07/03725 heeft de rechtbank eenmaal griffierecht in rekening gebracht. Dit was onjuist in zoverre, dat de zaken met kenmerk AWB 07/03722 en 07/03723 enerzijds en de zaken met kenmerk AWB 07/03724 en 07/03725 anderzijds geen samenhangende zaken waren, zodat ter zake tweemaal griffierecht was verschuldigd. X is dus niet benadeeld doordat de rechtbank in de zaak met kenmerk AWB 07/03724 geen teruggaaf van griffierecht heeft verleend.