Belanghebbende, X, is getrouwd en heeft twee kinderen. Zij doet aangifte IB/PVV 2004 naar een verzamelinkomen van € 9558. De belastingdienst legt haar een aanslag op in overeenstemming met de aangifte. Na inzage van de aangifte van de echtgenoot legt de inspecteur aan X een navorderingsaanslag op waarbij aftrekposten in verband met eigenwoningrente, kinderopvang, scholingsuitgaven en giften worden gecorrigeerd.
Hof 's-Gravenhage oordeelt dat de inspecteur de diverse aftrekposten via een navorderingsaanslag bij X heeft mogen corrigeren. In navolging van de rechtbank oordeelt het hof dat de inspecteur in redelijkheid niet hoefde te twijfelen aan de juistheid van de in de aangifte van X opgenomen gegevens. De rechtbank nam bij haar oordeel terecht in aanmerking dat X eigenaar was van een woning en dat zij twee kinderen had en het dus niet onmogelijk was dat X in verband daarmee kosten had gemaakt. Verder waren de door X afgetrokken bedragen niet dusdanig hoog dat de inspecteur verplicht was onderzoek te doen. Conclusie is dat de gegevens die de inspecteur heeft aangetroffen in de aangifte van de echtgenoot van X voor hem een nieuw feit vormde. Het hof acht de boete van 25% gerechtvaardigd aangezien X grof onachtzaam en ernstig nalatig heeft gehandeld door de door haar echtgenoot ingevulde aangifte ongezien te laten passeren.