Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de opbrengstlimiet niet is overschreden. Ook als in een vaststellingsovereenkomst een lager legestarief met belanghebbende is afgesproken, mag hij alsnog overschrijding van de opbrengstlimiet aan de kaak stellen.

Belanghebbende X vraagt in 2018 omgevingsvergunningen aan voor de bouw van 285 woningen. In haar opbrengstraming ging de gemeente uit van slechts 200 aanvragen in 2018. Het gehele nieuwbouwproject bestaat uit 1.300 woningen. Met X is afgesproken een lager legestarief te hanteren dan in de Legesverordening is opgenomen. Deze afspraak is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst. X vindt dat de legesaanslag moet worden vernietigd, omdat de opbrengstlimiet is overschreden.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat X een procesbelang heeft, omdat bij overschrijding van de opbrengstlimiet de Legesverordening onverbindend is. In dat geval wordt de legesaanslag van X vernietigd. Het feit dat in een vaststellingsovereenkomst een lager legestarief is afgesproken, doet hier niet aan af. Vervolgens oordeelt de rechtbank dat de opbrengstlimiet niet is overschreden. Deze toets moet plaatsvinden op de gehele verordening. In dit geval moet ook gekeken worden naar de opbrengst voor rijbewijsaanvragen. Omdat het aantal omgevingsaanvragen te laag is ingeschat is de opbrengstlimiet voor omgevingsvergunningen overschreden. Echter op totaalniveau is geen sprake van een overschrijding. De legesaanslag blijft daarom in stand.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 229b

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Midden-Nederland

Editie: 15 maart

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen