De Hoge Raad oordeelt dat de inspecteur X bv ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard in haar bezwaar. Volgens de Hoge Raad is X bv namelijk niet op de juiste wijze peremptoir gesteld.

De inspecteur legt een btw-naheffingsaanslag aan belanghebbende, X bv, op. X bv maakt op 4 augustus 2010 pro-forma bezwaar. Als de motivering van het bezwaar uitblijft, stelt de inspecteur X bv op 17 augustus 2010 in de gelegenheid om het bezwaar alsnog te motiveren vóór 14 september 2010. De inspecteur wijst X bv er hierbij op dat het bezwaar niet-ontvankelijk kan worden verklaard als de motivering niet binnen de termijn is ontvangen. Omdat X bv de motivering niet binnen de termijn indient, stelt de inspecteur haar nog meerdere malen in de gelegenheid om de motivering in te dienen. Hierbij stelt de inspecteur X bv echter niet meer peremptoir. Op 4 januari 2011 verklaart de inspecteur het bezwaar uiteindelijk niet-ontvankelijk. Hof 's-Hertogenbosch stelt vast dat X bv er in de brief van 17 augustus 2010 op is gewezen dat het bezwaar niet-ontvankelijk kan worden verklaard als de motivering niet tijdig wordt ontvangen. Volgens het hof kan de inspecteur er dan vanuit gaan dat X bv er stilzwijgend mee akkoord gaat dat het ontbreken van een peremptoirstelling in de latere brieven niet in de weg staat aan de niet-ontvankelijkverklaring. Het hof verklaart het hoger beroep van X bv ongegrond en bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

De Hoge Raad oordeelt dat de peremptoirstelling niet op de juiste wijze is gebeurd. De inspecteur heeft X bv dan ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard in haar bezwaar. Volgens de Hoge Raad mocht X bv er – nu de peremptoirstelling ontbrak – vanuit gaan dat de inspecteur niet zonder meer tot niet-ontvankelijkverklaring zou overgaan als het bezwaar niet tijdig zou worden gemotiveerd. De Hoge Raad draagt de inspecteur op om opnieuw uitspraak te doen op het bezwaarschrift van X bv.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:6

Algemene wet bestuursrecht 6:5

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 15 april

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen