De heer X houdt zich beroepshalve bezig met het verzorgen van belastingaangiften. In geschil zijn de eigen IB/ZVW-aanslagen over 2008. Rechtbank Haarlem constateert dat partijen na een korte schorsing op de zitting een compromis over 2008 en 2009 (zie 13/00021) hebben bereikt. Het beroep van X is ongegrond. X gaat in hoger beroep. De laatste dag van de hogerberoepstermijn was 9 januari 2013. Het hoger beroep is echter pas op 22 april 2013 bij het hof binnengekomen. Hof Amsterdam oordeelt dat geen sprake is van een verschoonbare termijnoverschrijding. De enkele stelling van X dat hij destijds in een zodanige gemoedstoestand verkeerde dat hij niet in staat was het hoger beroep op tijd in te dienen, is daartoe namelijk onvoldoende. Bovendien was X voor 2009 wel in staat om tijdig hoger beroep aan te tekenen. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:7