De Kennisgroep Successiewet stelt dat als bij een tweetrapsmaking de bezwaarde afstand doet van het bezwaard vermogen het altijd leidt tot belastingheffing in de relatie erflater/insteller – verwachter. Er is ook sprake van een gift van de bezwaarde aan de verwachter als de bezwaarde uit vrijgevigheid afstand doet.

In de casus heeft de erflater/insteller in zijn testament een tweetrapsmaking opgenomen. Hij heeft zijn echtgenoot tot bezwaarde en zijn kinderen tot verwachters benoemd. De bezwaarde heeft de mogelijkheid om tussentijds afstand te doen van het bezwaard vermogen. Als dit gebeurt uit vrijgevigheid, is er ook sprake van een gift. Omdat de verwachter op hetzelfde moment ook het bezwaarde vermogen krachtens erfrecht van de erflater/insteller verkrijgt, blijft de schenkbelasting over de gift achterwege. De heffing vindt bij de verwachter plaats naar het tarief en de vrijstelling van het jaar waarin de bezwaarde afstand heeft genomen van het bezwaard vermogen.

Lees ook het thema De tweetrapsmaking in de Successiewet.

Wetsartikelen:

Successiewet 1956 21

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Schenk- en erfbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 8 juni

197

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen