Advocaat-generaal Wattel concludeert dat het hof een verkeerde uitleg heeft gegeven aan de MFN clausule. Volgens de A-G leidt de uitleg van het hof er namelijk toe dat Nederland de verdragsdeelnemingsvrijstelling, die hij zou opgeven, behoudt, en desondanks krijgt al hetgeen hij van Zuid-Afrika bedongen had, juist om die vrijstelling op te geven.
De A-G merkt verder nog op dat dit resultaat op gespannen voet staat met hetgeen de verdragspartijen klaarblijkelijk wilden bereiken: opheffing van de inhoudingsvrijstelling in ruil voor bepaalde concessies aan Nederland. De A-G adviseert de Hoge Raad om het cassatieberoep gegrond te verklaren.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Dividendbelasting, Internationaal belastingrecht
Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
Editie: 12 maart