Belanghebbende (X) heeft de Amerikaanse nationaliteit en woont in Canada. In de jaren 1993-2005 heeft hij in Nederland gewoond en gewerkt. Verder heeft hij in 2007 tot 1 mei in Nederland gewerkt. Ten aanzien van het pensioen en de AOW-uitkering die hij in 2007 ontvangt, stelt hij dat deze zijn vrijgesteld van Nederlandse belastingheffing, bij toepassing van het Nederlands-Amerikaanse belastingverdrag. De inspecteur is echter van mening dat het Nederlands-Canadese belastingverdrag van toepassing is en heft 15% van de brutobedragen. Rechtbank Breda oordeelt dat het Nederlands-Amerikaanse belastingverdrag niet van toepassing is. De rechtbank overweegt hierbij dat belanghebbende – door zijn Amerikaanse nationaliteit – in beginsel kwalificeert als inwoner van de VS. Vervolgens stelt de rechtbank vast dat belanghebbende in 2007 geen inwoner is van Nederland. Omdat belanghebbende in 2007 feitelijk in Canada woont, is volgens de rechtbank van belang of belanghebbende volgens het Amerikaans-Canadese belastingverdrag als inwoner van de VS wordt aangemerkt. Dat is volgens de rechtbank niet het geval. Hierdoor is het Nederlands-Amerikaanse belastingverdrag niet van toepassing op belanghebbende, maar het Nederlands-Canadese. De aanslag blijft in stand.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Internationaal belastingrecht
Instantie: Rechtbank Breda