Belanghebbende, X, is het niet eens met de naheffingsaanslagen parkeerbelasting die de heffingsambtenaar van de gemeente Groningen hem op 26 september 2007, 27 oktober 2007, 7 februari 2008 en 19 april 2008 heeft opgelegd. De gemeente verklaart het bezwaar van X tegen deze aanslagen niet-ontvankelijk. Het hiertegen ingestelde beroep wordt door Rechtbank Groningen eveneens niet-ontvankelijk verklaard.
Volgens Hof Leeuwarden is het aannemelijk dat X de uitspraak op bezwaar in eerste instantie niet heeft ontvangen en is de termijnoverschrijding daarmee verschoonbaar. Gezien de verklaring van X dat hij de uitspraak niet heeft ontvangen, zijn verklaring dat vaker voor zijn adres bestemde post niet is aangekomen en de verklaring van TNT-post die dit onderschrijft, acht het hof het aannemelijk dat X de beslissing op bezwaar pas na de tweede verzending heeft ontvangen. Het hof verwerpt het incidenteel hoger beroep van de heffingsambtenaar, inhoudende dat X op een andere grond, namelijk het niet overleggen van een kopie van het bestreden besluit, niet-ontvankelijk is. Het hof verklaart het hoger beroep van X gegrond en besluit de zaak terug te wijzen naar de rechtbank aangezien partijen het hof niet eenduidig hebben verzocht om zelf in de zaak te voorzien.