Het kabinet is van mening dat het bedrag en de spreiding van de voorgestelde resolutieheffing 2014 een juiste balans vormen tussen een gerechtvaardigde bijdrage van de bankensector, het uitgangspunt dat de heffing in het jaar 2014 ten behoeve van de schatkist plaatsvindt en een redelijke kans dat deze heffing geen grote gevolgen op de kredietverlening zal hebben. Dat heeft de Minister van Financiën opgemerkt in de nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel Tijdelijke wet resolutieheffing 2014 die hij aan de Eerste Kamer heeft gestuurd.

Kamerstukken I 2013/14, 33653, nr. B  

Het wetsvoorstel introduceert een nieuwe, tijdelijke heffing over de op grond van het Nederlandse depositogarantiestelsel gegarandeerde deposito's. De belasting wordt in drie tranches geheven, en wel op 1 maart 2014, 1 mei 2014 en 1 juli 2014. Voor deze spreiding is gekozen omdat in het vierde kwartaal in de praktijk de bankenbelasting wordt verschuldigd. Het Kabinet heeft besloten het advies van De Nederlandsche Bank (DNB) te volgen aangaande de maximering van de heffing op € 1 miljard.  

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bankenbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

0

Gerelateerde artikelen