Hof Amsterdam oordeelt dat de rechter ook anno 2023 terughoudendheid past bij de toetsing van (elementen van) een gemeentelijke belastingverordening aan de algemene rechtsbeginselen.

X heeft een vaste marktplaats op een markt in de gemeente Amsterdam. Hij betaalt marktgelden op basis van een vast tarief verhoogd met toeslagen voor reiniging, afvoer van bedrijfsafval, promotie en krachtstroom. De locatie van X valt onder het hoogste basistarief en daar is X het niet mee eens. Rechtbank Amsterdam oordeelt dat de gemeente Amsterdam niet verplicht is om voor de verschillende markten in de stad hetzelfde tarief marktgelden te hanteren.

Hof Amsterdam oordeelt dat de rechter ook anno 2023 terughoudendheid past bij de toetsing van (elementen van) een gemeentelijke belastingverordening aan de algemene rechtsbeginselen. Ook binnen de (nieuwe) kaders van de hoogste bestuursrechters ligt een materieel terughoudende toetsing aan algemene rechtsbeginselen in de rede als politiek-bestuurlijke afwegingen een rol spelen en sprake is van een beperkt ingrijpen in het leven van de belanghebbenden. Dat zal doorgaans zo zijn bij gemeentelijke belastingverordeningen, en in elk geval bij de in deze zaak aan de orde zijnde differentiatie in de tarieven van marktgelden (vgl. HR 24 september 2021, ECLI:NL:HR:2021:1360). Het hof bevestigt de beslissing van de rechtbank dat de differentiatie in de tarieven in dit geval niet in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. Ook is geen sprake van een verboden heffing naar draagkracht.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 229

Gemeentewet 219

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 6 februari

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen