Rechtbank Gelderland oordeelt dat het heropeningsbesluit van de rechtbank waarbij de Belastingdienst alsnog in de gelegenheid wordt gesteld de op de zaak betrekking hebbende stukken in te dienen niet betekent dat de rechters vooringenomen jegens een der partijen waren. Het wrakingsverzoek wordt afgewezen.

Belanghebbende, X, heeft bij de belastingrechter van Rechtbank Gelderland een aantal beroepszaken aanhangig gemaakt. De mondelinge zitting in de zaken heeft plaatsgevonden op 15 januari 2013. Nadat de rechtbank op 7 juni 2013 heeft besloten het onderzoek in de zaken te heropenen, dient X op 18 juni 2013 een wrakingsverzoek in tegen de behandelend rechters. X stelt dat de rechtbank de Belastingdienst ten onrechte een tweede kans heeft gegeven om de op de zaak betrekking hebbende stukken in te dienen, nadat de Belastingdienst ervoor heeft gekozen deze stukken niet in te dienen en geen verweer te voeren. De Belastingdienst heeft slechts verwezen naar stukken in eerdere zaken van X.  

Rechtbank Gelderland overweegt dat het wrakingsverzoek in wezen is gericht tegen het heropeningsbesluit van de rechtbank, zijnde een procedurele beslissing waarvan juistheid op zichzelf niet door middel van wrakingsverzoek aan de orde kan worden gesteld. Het heropeningsbesluit van de rechtbank waarbij de Belastingdienst alsnog in de gelegenheid wordt gesteld de op de zaak betrekking hebbende stukken in te dienen betekent niet dat de rechters vooringenomen jegens een der partijen waren. De rechtbank wijst het wrakingsverzoek van X dan ook af.  

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:42

Algemene wet bestuursrecht 8:16

Algemene wet bestuursrecht 8:15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 27 augustus

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen