The ECJ declares that article 168(a) and the second paragraph of Article 176 of Council Directive 2006/112/EC must be interpreted as precluding national legislation under which a taxable person which incurs costs for transport services, work clothing, protective gear and business trips for staff working for that taxable person does not have the right to a deduction of the VAT relating to those costs on the ground that that staff is provided to it by another entity and accordingly cannot be regarded, for the purposes of that legislation, as members of the taxable person´s staff, despite the fact that those costs can be regarded as having a direct and immediate link with the general costs connected with all the economic activities of that taxable person.
Gerelateerde artikelen
De Staatssecretaris van Financiën actualiseert het Besluit omzetbelasting toelichting tabel I over het verlaagde BTW-tarief van 23 december 2024, Stcrt. 2024, 41782, V-N 2025/7.12. In het besluit worden nieuwe inhoudelijke wijzigingen en een aantal tekstuele wijzigingen opgenomen.
Horecaprijzen omhoog in 2026, vooral door BTW-verhoging logies
Net als in 2025, stijgen de prijzen in de horeca in 2026 naar verwachting met gemiddeld 4%. Dit komt volgens een onderzoek van ING vooral door de geplande BTW-verhoging van 9% naar 21% op logies per 1 januari 2026.
Fiscus loopt in tien jaar ruim € 1,5 miljard mis door plof-BV's
De Belastingdienst is de afgelopen tien jaar naar schatting € 1,5 miljard aan inkomsten misgelopen door ondernemers die veelal spoorloos verdwijnen na turboliquidaties. Ondernemers doekten zo'n 70.000 BV's versneld op zonder BTW-schulden, loonheffing of vennootschapsbelasting te betalen. Dat blijkt uit onderzoek van het FD en onderzoeksplatform Investico naar zogeheten plof-BV's.