Werkgevers en vakbonden roepen het kabinet op een noodfonds in te stellen voor flexwerkers die door de coronacrisis in de problemen komen. Ook moet de regeling voor werktijdverkorting voor meer bedrijven gaan gelden en sneller tot compensatie leiden.
Daarvoor pleit de Stichting voor de Arbeid, waarin de grootste werkgevers- en vakorganisaties zijn verenigd. De stichting wil "samen met het kabinet maatregelen nemen voor het behoud van werk, inkomen en ondernemerschap." Daarover is zij al met het kabinet in gesprek.
De effecten van de uitbraak laten zich voelen "op elke werkvloer in ons land", aldus de stichting. "Gelukkig is de uitgangspositie van de economie goed en het kabinet heeft toegezegd dat er ruimhartig middelen zullen worden ingezet om de bedrijvigheid en werkgelegenheid zoveel mogelijk te behouden."
De stichting waardeert het dat het kabinet werktijdverkorting mogelijk maakt. Dankzij die regeling kunnen bedrijven die minder te doen hebben hun mensen korter laten werken. De werknemers krijgen voor de uren die zij minder werken een uitkering.
Maar werktijdverkorting biedt geen uitkomst voor mensen met een tijdelijk of flexibel contract. Voor die groep moet volgens de stichting dan ook een noodfonds worden opgetuigd dat doorbetaalt zolang werkgevers en opdrachtgevers als gevolg van de coronacrisis minder of geen werk hebben.
Verder wil de stichting dat ook bedrijven die indirect schade lijden door het coronavirus een beroep kunnen doen op werktijdverkorting. Ook moet uitkeringsinstantie UWV, die de regeling uitvoert, na twee weken compensatie gaan betalen in plaats van zes. "Dit zal faillissementen voorkomen."
Bron: Stichting voor de Arbeid