Belanghebbende, X, heeft samen met haar echtgenoot twee kinderen die allebei autistisch zijn. Deze kinderen volgen speciaal onderwijs en dagelijks therapie. De kinderen worden met de auto en de scooter gebracht en gehaald. In het kader van de hulp-bij-aangifte service vult een belastingambtenaar de aangifte van X in. De ambtenaar gaat in de aangifte uit van een te hoge kilometerprijs (€ 0,30 in plaats van € 0,10) waardoor de aftrekpost fors te hoog is. In geschil is of X zich met succes beroept op het vertrouwensbeginsel.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X en haar echtgenoot € 7.000 extra aan vervoerskosten mogen aftrekken door de fout die een belastingambtenaar heeft gemaakt bij de hulp-bij-aangifte service. Uit een persbericht van het Ministerie van Financien (27 mei 1997, nr. 97/095, V-N 1997, blz. 2151) leidt de rechtbank af dat een belastingplichtige die te goeder trouw is er vanuit mag gaan dat de aangifte wordt gevolgd, wanneer de gebruikelijke mededeling achterwege blijft dat de aangifte nog het reguliere selectie- en beoordelingstraject zal doorlopen. Nu X en haar echtgenoot stellig en geloofwaardig hebben verklaard dat er geen mededeling is gedaan, slaagt hun beroep op het vertrouwensbeginsel.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17-1
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 12 december