De Staatssecretaris van Financiën heeft gereageerd op vragen van de Tweede Kamerleden Ziengs en De Vries over de berichten "Politiek neemt zzp'ers niet serieus" en "Zzp'er in de war door wet tegen schijnzelfstandigheid". Hij vindt het onnodig dat opdrachtgevers en opdrachtnemers in onzekerheid verkeren en verwijst daarbij naar het systeem van de (model)overeenkomsten. Tevens stelt hij dat de Belastingdienst een coöperatieve houding naar de indieners van overeenkomsten heeft. Zo worden indieners van overeenkomsten regelmatig in de gelegenheid gesteld om aan de hand van suggesties van de Belastingdienst hun overeenkomsten te verbeteren. Tot mei 2017 is er een periode van voorlichting en hulp toegezegd.
Hij vindt het voor het welslagen van de Wet DBA cruciaal dat opdrachtgevers en opdrachtnemers adequaat en tijdig door (ook) de Belastingdienst worden geïnformeerd over de nieuwe wet. Daartoe heeft de Belastingdienst in de afgelopen tijd, mede in samenwerking met de marktpartijen, een veelvoud van activiteiten uitgevoerd. Zo hebben alle VAR-houders persoonlijk een brief gekregen om hen te informeren over de consequenties van de Wet DBA. Ook het informeren van de opdrachtgevers heeft alle aandacht gekregen. Zo heeft de Belastingdienst voor opdrachtgevers een digitale attenderingscampagne gedaan.
De staatssecretaris is van mening dat de Wet DBA in zijn huidige vorm gehandhaafd moet blijven. De wet is nog maar net in werking getreden en de gewenning eraan en de implementatie ervan zijn in volle gang. De markt krijgt voldoende gelegenheid om te wennen aan de (deels) veranderde werkwijze.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 7 juli