Rechtbank Gelderland oordeelt dat de Belastingdienst geen dwangsom en/of schadevergoeding aan X hoeft te betalen.

Belanghebbende, X, maakt bezwaar tegen een besluit van de Sociale Verzekeringsbank voor het schuldig nalatig verklaren in verband met niet betaalde AOW-premie 2009. Dit besluit berust op een mededeling van de ontvanger dat hij de aanslag 2009 niet betaald had. Dit besluit is echter een vergissing omdat met X was afgesproken dat de aanslag als oninbaar zou worden aangemerkt en niet meer betaald hoefde te worden. Als de SVB zijn bezwaar afwijst, gaat X in bezwaar bij de Belastingdienst. Hij vraagt daarbij ook een dwangsom van de Belastingdienst wegens te laat beslissen en stelt dat de SVB zijn bezwaar en zijn ingebrekestelling aan de Belastingdienst had moeten doorsturen. De inspecteur verklaart het bezwaar ongegrond. De ontvanger herstelt vervolgens de vergissing en de SVB verklaart het bezwaar alsnog gegrond. X volhardt echter in zijn verzoek om een dwangsom ten laste van de Belastingdienst.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de Belastingdienst geen dwangsom en/of schadevergoeding aan X hoeft te betalen. De rechtbank beslist dat de SVB geen doorzendplicht had, omdat het besluit waartegen X bezwaar maakte, geen volgens de belastingwet genomen besluit is. Er stond dus geen bezwaar tegen open bij de Belastingdienst. Van een dwangsom ten laste van de Belastingdienst kan daarom geen sprake zijn. De inspecteur had het bezwaar niet-ontvankelijk moeten verklaren. In zoverre is het beroep gegrond. Voor zover het beroep van X is gericht tegen de (niet aan hem meegedeelde) beslissing van de ontvanger, inhoudende dat de aanslag 2009 nog moest worden betaald, verklaart de rechtbank zich onbevoegd.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 4:17

Algemene wet inzake rijksbelastingen 26

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 19 augustus

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen