Hof Amsterdam oordeelt dat de rechtbank het beroep van X terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard, omdat X niet de door de rechtbank verlangde volmacht heeft ingediend waaruit blijkt dat zijn vader gemachtigd is om namens hem beroep in te stellen.
Belanghebbende, X, stelt beroep in tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting. Het beroep is ingesteld door de vader van X. Rechtbank Amsterdam verklaart het beroep wegens ontbreken van een machtiging niet-ontvankelijk.
Hof Amsterdam oordeelt dat de rechtbank het beroep van X terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard, omdat X niet de door de rechtbank verlangde volmacht heeft ingediend waaruit blijkt dat zijn vader gemachtigd is om namens hem beroep in te stellen. De rechtbank heeft vastgesteld dat X ten tijde van het indienen van het beroep meerderjarig was en heeft de vader van X een termijn van twee weken gesteld om een machtiging te overleggen. Deze termijn heeft de vader ongebruikt laten verstrijken en vervolgens is hij ook niet op de nadere zitting verschenen. De rechtbank heeft terecht het beroep niet-ontvankelijk verklaard. In hoger beroep is weliswaar een volmacht overgelegd, maar X heeft verzending van deze volmacht aan de rechtbank niet aannemelijk gemaakt. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.
Lees ook het thema Beroep: bescherming door de belastingrechter.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:24
Algemene wet bestuursrecht 6:5
Algemene wet bestuursrecht 6:4