X heeft de Belgische nationaliteit en woont geheel 2016 in België. X is in 2016 werkzaam voor een in Nederland gevestigde stichting. Daarnaast is X werkzaam als hoogleraar aan een Nederlandse universiteit. België betrekt X in 2016 in de heffing voor 40% van de som van het loon betaald door de universiteit en de stichting. In geschil is of X in Nederland voor een deel van zijn inkomen recht heeft op aftrek ter voorkoming van dubbele belasting en zo ja, voor welke deel.
Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat er onderscheid moet worden gemaakt tussen beide werkzaamheden Hoewel beide werkzaamheden verband houden met elkaar, is het dienstverband met de universiteit van publiekrechtelijke aard en het dienstverband met de stichting van privaatrechtelijke aard. Het hele heffingsrecht voor beide dienstbetrekkingen komt toe aan Nederland omdat X niet aannemelijk kan maken dat hij deels thuis in België heeft gewerkt. Het hoger beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Internationaal belastingrecht
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 21 juli