De Staatssecretaris van Financiën heeft de evaluatie van de Wet bankenbelasting, die uitgevoerd is door het Ministerie van Financiën, aan de Tweede Kamer aangeboden. Volgens het CPB is de evaluatie zorgvuldig uitgevoerd. De evaluatie leidt volgens de staatssecretaris tot de eindconclusie dat aanpassing van de bankenbelasting niet aan de orde is.
Uit de evaluatie blijkt dat de bankenbelasting prikkels bevat voor betere risicobeheersing bij banken door langlopend vreemd vermogen minder zwaar te belasten dan kortlopend vreemd vermogen. De balansen van banken zijn de afgelopen jaren verbeterd in lijn met die prikkels maar het kan niet hard gemaakt worden in hoeverre dit het gevolg is van de bankenbelasting.
De bankenbelasting levert een bijdrage aan de impliciete overheidsgarantie. Daarnaast levert de bankenbelasting met een jaarlijkse opbrengst van bijna € 500 miljoen een belangrijke bijdrage aan de algemene middelen van het Rijk. Verder blijkt dat in de praktijk de bankenbelasting een robuuste en goed uit te voeren belasting is, voor zowel de Belastingdienst als voor de belastingplichtigen.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bankenbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 21 januari