Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat Rijnvarende X premieplichtig is in Nederland. Op grond van het Rijnvarendenverdrag is X verzekerd in de staat op wiens grondgebied de zetel zich bevindt van de exploitant van het Rijnvaartschip, waarop de Rijnvarende zijn werkzaamheden verricht.

X is werkzaam als Rijnvarende voor het Luxemburgse A s.a.r.l. Hij verricht zijn werkzaamheden op een schip dat eigendom is van het Nederlandse Q bv. In geschil is of hij in de periode 24 juli 2009 - 1 mei 2010 premieplichtig is in Nederland. Verder is X van mening dat hij recht heeft op een ISV.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat Rijnvarende X premieplichtig is in Nederland. Op grond van het Rijnvarendenverdrag is X verzekerd in de staat op wiens grondgebied de zetel zich bevindt van de exploitant van het Rijnvaartschip, waarop de Rijnvarende zijn werkzaamheden verricht. Nu Q bv in Nederland is gevestigd, is X in Nederland premieplichtig. X maakt niet aannemelijk dat de moedermaatschappij in Noorwegen de exploitant van het schip is. Q bv is degene die met de exploitatie winst beoogt en de feitelijke exploitatie doet. Ook is niet van belang dat in Luxemburg sociale verzekeringspremies zijn afgedragen. De rechtbank wijst er nog op dat de werkkostenregeling pas in 2011 is ingevoerd en dat X dan voor het jaar 2010 geen recht op toepassing van deze regeling heeft. Wel heeft X recht op een ISV van € 9500.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Premieheffing

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 9 januari

20

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen