Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het voor een bezwarende titel vereiste rechtstreekse verband tussen de levering van het schoolgebouw en het ontvangen bedrag ontbreekt. Het bedrag dat gemeente X ontvangt, vergoedt slechts ten dele de levering van de school.

Gemeente X en stichting Z komen in 2011 overeen om een schoolgebouw te realiseren. In 2013 wordt een overeenkomst van aanneming gesloten. Gemeente X draagt vervolgens op 9 juli 2015 het schoolgebouw en het bijbehorende terrein over aan stichting Z voor 9,2% van de werkelijk gemaakte kosten. Het schoolgebouw wordt vervolgens na de levering in gebruik genomen. Gemeente X die, uit andere hoofde, reeds BTW-ondernemer is, vraagt om teruggaaf van de BTW. De inspecteur is van mening dat gemeente X geen economische activiteit verricht.

De Hoge Raad stelt allereerst vast dat leveringen en diensten onderworpen zijn aan BTW-heffing als zij zowel onder bezwarende titel zijn verricht en deel uitmaken van een economische activiteit. Vervolgens oordeelt de Hoge Raad dat de levering van het schoolgebouw deel uitmaakt van een economische activiteit van de gemeente X en verwijst de Hoge Raad de zaak door naar Hof 's-Hertogenbosch.

De verwijzingsopdracht houdt in dat het hof een oordeel moet geven over de vraag of de eigendomsoverdracht van de school onder bezwarende titel plaatsvindt.

Hof Den Bosch oordeelt dat allereerst dat een bezwarende titel wel is vereist, omdat de eigendomsoverdracht van de school niet onder artikel 14 lid 2 BTW-richtlijn valt. Met verwijzing naar het Hoge Raad-arrest van 19 oktober 2018, 17/02816, BNB 2019/80, V-N 2018/56.21.8, oordeelt het hof dat het voor een bezwarende titel vereiste rechtstreekse verband tussen de levering van het schoolgebouw en het ontvangen bedrag ontbreekt. Het bedrag dat gemeente X ontvangt, vergoedt slechts ten dele de levering van de school. De vergoeding is bepaald op basis van de in de Wet op het voortgezet onderwijs opgenomen bekostigingsregeling van huisvesting. Het hof ziet geen aanleiding om prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie EU. De beroepen op het rechtzekerheidsbeginsel en het vertrouwensbeginsel slagen evenmin. 

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 1

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Omzetbelasting

Editie: 17 april

Informatiesoort: VN Vandaag

332

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen