Belanghebbende, X, is houder van een warmte/koudeopslaginstallatie (WKO). X onttrekt veel grotere hoeveelheden grondwater dan is toegestaan volgens een vergunning uit 2003. Zij vraagt een nieuwe vergunning aan, die met medewerking van Gedeputeerde Staten wordt verleend en die met terugwerkende kracht van 2013 tot en met 2003 alsnog toestaat veel grotere hoeveelheden grondwater te onttrekken. De inspecteur wil bij de heffing uitgaan van de oude uit 2003 stammende vergunning en hij wil voorbij gaan aan de vergunning uit 2013 met terugwerkende kracht.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat door de beperkte uitleg van het begrip belanghebbende in de vergunningenprocedure de belangen van de inspecteur bij het verlenen van de nieuwe vergunning niet zijn meegewogen. Het hof weegt het belang van de inspecteur echter wel mee en het gaat aan de nieuwe vergunning met terugwerkende kracht voorbij en doorbreekt voor de toepassing van de Wet belastingen op milieugrondslag de formele rechtskracht van de vergunning. Het hof verklaart het hoger beroep van de inspecteur gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:69a
Algemene wet bestuursrecht 1:2
Wet belastingen op milieugrondslag 10
Wet belastingen op milieugrondslag 8
Wet belastingen op milieugrondslag 6