Belanghebbende, X bv, exploiteert een groot- en kleinhandel in vis en een visverwerkingsbedrijf. Omdat X bv (indirect) water heeft geloosd op een zuiveringstechnisch werk in beheer bij het waterschap, is zij heffingsplichtig voor de verontreinigingsheffing. Niet in geschil is dat X bv voor de zuiveringsheffing thuishoort in klasse 10. In geschil is of X bv op grond van het vertrouwensbeginsel in 2008 toch klasse 9 mag toepassen, hetgeen leidt tot een lagere aanslag.
Hof 's-Hertogenbosch (MK I, 16 januari 2014, 12/00641, V-N Vandaag 2014/499) oordeelt dat geen in rechte te beschermen vertrouwen aanwezig is dat het bedrijf van X bv voor het belastingjaar 2008 in de (onjuiste) klasse 9 moet worden ingedeeld. Met de standpuntbepaling van het waterschap in juli 2009, dat het bedrijf voor het jaar 2008 moet worden ingedeeld in klasse 10, is geen sprake van indeling in andere klasse met terugwerkende kracht, nu de aanslag over 2008 is opgelegd nadat van deze standpuntbepaling aan X bv mededeling is gedaan. Ook het feit dat het waterschap jarenlang aanslagen heeft opgelegd naar klasse 9, levert geen in rechte te respecteren vertrouwen op. Het hoger beroep van X bv is ongegrond. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hoge Raad
Editie: 27 februari