De Hoge Raad oordeelt dat de aanspraken op overbruggingsuitkeringen niet tot het loon behoren. Uit het arrest van 19 mei 2017 volgt dan dat de overbruggingsuitkering niet is aan te merken als een uitkering uit een lijfrente in de zin van art. 18 lid 2 Belastingverdrag NL - Australië.

L, een ex-profvoetballer, woont in Australië en ontvangt maandelijks een overbruggingsuitkering van € 5420 van X. X is belast met de uitvoering van de voor beroepsvoetballers in Nederland in het leven geroepen overbruggingsregeling, verankerd in het Reglement Betaald Voetbal van de KNVB, het standaardspelerscontract en de CAO Betaald Voetbal. Volgens de inspecteur is sprake van inkomsten in de zin van art. 17 Belastingverdrag NL - Australië (inkomsten van sporters en artiesten). Deze inkomsten zijn dan belast in Nederland. Daarbij wijst hij op het arrest van de Hoge Raad van 19 mei 2017 (16/02463, V-N 2017/26.12). Uit dit arrest volgt dat X wel LB had moeten inhouden omdat de tegenprestatie die tegenover de overbruggingsuitkering staat de door de beroepsvoetballer verrichte arbeid is en niet de betaalde fondspremie. De inspecteur legt daarom een naheffingsaanslag loonheffing op aan X. Volgens X is echter sprake van een lijfrente in de zin van art. 18 Belastingverdrag NL - Australië en is de overbruggingsuitkering uitsluitend belastbaar in het woonland Australiё. Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat het feit dat een recht op uitkeringen opkomt in het kader van een dienstbetrekking niet eraan in de weg staat dat dit is aan te merken als (een recht op) een lijfrente als bedoeld in art. 18 Belastingverdrag NL - Australië. De staatssecretaris gaat in cassatie.

De Hoge Raad oordeelt dat de aanspraken op overbruggingsuitkeringen niet tot het loon behoren. Uit het arrest van 19 mei 2017 volgt dan dat de overbruggingsuitkering niet is aan te merken als een uitkering uit een lijfrente in de zin van art. 18 lid 2 Belastingverdrag NL - Australië. De overbruggingsuitkering moet op grond van art. 17 Belastingverdrag NL - Australië worden gerekend tot de inkomsten die sportbeoefenaars als zodanig uit hun persoonlijke werkzaamheden verkrijgen. Het beroep in cassatie van de staatssecretaris is gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Australië tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen 18

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Australië tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting, Internationaal belastingrecht

Instantie: Hoge Raad

Editie: 17 april

62

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen