Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het hogerberoepschrift niets vermeldt dat kan worden aangemerkt als een begin van motivering van het hoger beroep. Het hoger beroep is terecht niet-ontvankelijk verklaard.

Belanghebbende, X, stelt hoger beroep in tegen een uitspraak van Rechtbank Zeeland-West-Brabant betreffende verschillende (naheffings)aanslagen en een boetebeschikking. Het pro forma hoger beroepschrift luidt als volgt: "Bij deze dien ik pro forma hoger beroep in tegen de bijgevoegde uitspraak de gronden gemotiveerd volgen nog". Het hof stelt X tweemaal in de gelegenheid om de gronden in te dienen, maar X maakt van deze gelegenheden geen gebruik. In verzet is in geschil of Hof 's-Hertogenbosch het hoger beroep terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het hogerberoepschrift niets vermeldt dat kan worden aangemerkt als een begin van motivering van het hoger beroep. X heeft aan de verzoeken tot aanvulling van het hogerberoepschrift geen gevolg gegeven en heeft evenmin verzocht om uitstel voor indiening van de motivering van het hoger beroep. Gelet hierop is het hoger beroep terecht niet-ontvankelijk verklaard wegens het niet, althans ontijdig, indienen van de gronden van het hoger beroep. Het verzet van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:6

Algemene wet bestuursrecht 6:5

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 1 maart

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen