Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de heffingsambtenaar de door hem verdedigde WOZ-waarde van € 296.000 aannemelijk heeft gemaakt.

Belanghebbende, X, is eigenaar van een hoekwoning uit 1933 gelegen in de gemeente Heerlen. Rechtbank Limburg verklaart het beroep van X tegen de WOZ-waarde 2014 gegrond wegens schending van de hoorplicht, maar handhaaft de bestreden WOZ-waarde van € 296.000.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de heffingsambtenaar de door hem verdedigde WOZ-waarde van € 296.000 aannemelijk heeft gemaakt. Het hof acht het eerste referentiepand van de gemeente niet bruikbaar omdat deze woning is verkocht op een datum die te ver verwijderd is van de waardepeildatum. De resterende vergelijkingswoningen zijn echter voldoende vergelijkbaar met de woning van X. Met de onderlinge verschillen heeft de heffingsambtenaar voldoende rekening gehouden. Het hof verwerpt de stellingen van X over de stijging van de WOZ-waarde, de onjuiste inhoud van de woning en de schending van het gelijkheidsbeginsel. Het hoger beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 1 maart

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen