Hof Den Haag oordeelt dat de inspecteur terecht een verzuimboete heeft opgelegd aan de stichting. De inspecteur heeft volgens het hof aannemelijk gemaakt dat een aanmaning tot het doen van aangifte aan de stichting is verstuurd. De boete wordt wel verminderd van € 2460 tot € 615.

Belanghebbende, X, is een stichting die belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting. De Belastingdienst legt aan haar een verzuimboete van € 2460 op wegens het niet tijdig doen van aangifte 2009. In geschil is of de aanmaning tot het doen van aangifte X heeft bereikt. Per 10 mei 2010 heeft X een nieuwe secretaris gekregen. Diens adres is vanaf die datum in het Handelsregister opgenomen als het correspondentieadres van X. Per 17 juni 2010 heeft X dit adres als verplicht toezendadres voor alle fiscale correspondentie geregistreerd.

Hof Den Haag oordeelt anders dan de rechtbank dat de inspecteur aannemelijk heeft gemaakt dat de aanmaning op het adres van de nieuwe secretaris van X is ontvangen of aangeboden, dan wel dat de aanmaning X anderszins heeft bereikt. Hierbij heeft het hof gelet op de door de inspecteur in het geding gebrachte afdruk van de aanmaningsbrief, op de aantekening in het automatiseringssysteem dat ten aanzien van X sprake is van een aanmaning met dagtekening 13 september 2010 en op de door de inspecteur gegeven beschrijving van de algemene gang van zaken met betrekking tot de verzending van belastingaanslagen en aanmaningen door de Belastingdienst/Centrale administratie. Hetgeen X heeft aangevoerd, brengt het hof niet in twijfel omtrent de juistheid van voormeld vermoeden. Het hof besluit wel de boete te verlagen tot € 615 omdat X een stichting is met een zeer beperkt vermogen en een bescheiden winst en gelet op het feit dat het gaat om het eerste verzuim.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 18 juni

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen