Hof ’s-Hertogenbosch slaat geen acht op het verweerschrift van 46 bladzijden dat de heffingsambtenaar kort voor de tiendagentermijn heeft ingediend. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).
X is het niet eens met aanslagen rioolheffing en afvalstoffenheffing van de gemeente Helmond.
Hof ’s-Hertogenbosch (V-N 2020/25.1.2) slaat geen acht op het verweerschrift van 46 bladzijden dat de heffingsambtenaar kort voor de tiendagentermijn heeft ingediend. Daarbij neemt het hof in aanmerking dat het verweerschrift kort voor de feestdagen is ingediend in een periode dat X zoals aangekondigd vakantie vierde en dat de heffingsambtenaar ruim voldoende tijd had om het geschrift eerder in te leveren. Ook het standpunt van de heffingsambtenaar op de zitting dat sprake is van misbruik van recht is te laat. Het hof ziet geen reden de zaak terug te wijzen in verband met een volgens X onjuist verlopen wrakingsprocedure en het onterecht afgewezen wrakingsverzoek. X heeft geen recht op een dwangsom wegens niet tijdig beslissen omdat X de verzending van een ingebrekestelling niet aannemelijk heeft gemaakt. Verder hoefde de heffingsambtenaar na de vermindering van de aanslagen X niet meer te horen. Van schending van de hoorplicht is dan ook geen sprake. Het hof kent voor de bezwaar- en beroepsfase geen proceskostenvergoeding toe voor rechtsbijstand omdat de (bv van de) echtgenoot van X niet een derde is in de zin van art. 1 aanhef en onder a van het Besluit proceskosten bestuursrecht. Het hoger beroep van X is ongegrond.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:58
Algemene wet bestuursrecht 8:15
Algemene wet bestuursrecht 4:2
Algemene wet bestuursrecht 4:17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 30 april