Hof 's-Hertogenbosch wijst in navolging van de rechtbank het verzoek van X om een integrale proceskostenvergoeding af.

De ontvanger stelt X op 8 september 2008 aansprakelijk voor onbetaald gebleven belastingschulden van B bv. Enig aandeelhouder en statutair bestuurder van deze bv is de zoon van X. De ontvanger merkt X op grond van art. 36 lid 5 letter b, IW 1990 aan als feitelijk leidinggevende van deze bv. In het verweerschrift concludeert de ontvanger tot vernietiging van de beschikking aansprakelijkstelling. In geschil is of X na de vernietiging van deze beschikking in aanmerking komt voor een integrale proceskostenvergoeding.

Hof 's-Hertogenbosch wijst in navolging van de rechtbank het verzoek van X om een integrale proceskostenvergoeding af. Het hof overweegt dat er ten tijde van het opleggen van de beschikking voldoende aanleiding voor de ontvanger was om tot de aansprakelijkstelling over te gaan. Dat deze beschikking door de rechtbank is vernietigd, maakt dat niet anders. Het hoger beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Invordering

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

2

Gerelateerde artikelen