Recent is duidelijk geworden dat ook sprake is van een onjuiste toepassing van de regeling rondom invorderingsrente. Dat blijkt uit de brief van staatssecretaris Vijlbrief van Financiën over de laatste stand van zaken met betrekking tot de herstelactie voor de vervolgingskosten.

De inhoud van de problematiek is vergelijkbaar met die van de vervolgingskosten. Er zijn twee situaties onderkend, waarbij de wetgeving rondom de invorderingsrente onjuist is toegepast: het niet herrekenen van invorderingsrente na vermindering van een aanslag; het ten onrechte in rekening brengen van invorderingsrente in de situatie dat een negatieve aanslag met een positieve (nog deels onbetaalde) aanslag van hetzelfde middel en jaar wordt verrekend.

Beide situaties spelen vanaf 2013. Op dit moment wordt de aard en omvang van de problematiek onderzocht. Op basis van de bevindingen worden maatregelen genomen om te voorkomen dat de problematiek blijft voortbestaan en vindt herstel voor het verleden plaats. Hiervoor wordt indien nodig een herstelproject ingericht. Zodra de impactanalyse is afgerond, wordt de Tweede Kamer nader geïnformeerd.

Ten aanzien van de vervolgingskosten heeft inmiddels voor ruim 12.000 dossiers herstel plaatsgevonden voor een totaal herstelbedrag van € 375.000. De omvang van de totale groep van belanghebbenden is op dit moment vastgesteld op een grootte van ten minste 930.000 belastingaanslagen. Het streven is om alle belanghebbenden eind 2021 te hebben hersteld.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Invordering

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 22 februari

10

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen