Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X de vordering op B tot zijn box 3-bezittingen moet rekenen. De enkele verwijzing naar de slechte financiële positie van B en de daarop volgende kwijtschelding van de lening is onvoldoende voor een lagere waardering dan de nominale waarde.

X leent in 2013 een bedrag van € 44.000 aan ondernemer B. Vanwege de slechte financiële positie van B scheldt X de lening medio 2015 kwijt. In zijn IB-aangifte 2014 rekent X deze vordering niet tot zijn box 3-bezittingen. De inspecteur corrigeert de aangifte.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X de vordering op B tot zijn box 3-bezittingen moet rekenen. Volgens het hof is de enkele verwijzing naar de slechte financiële positie van B en de daarop volgende kwijtschelding van de lening niet voldoende om aannemelijk te maken dat de waarde van de vordering op de peildatum lager is dan de nominale waarde. Ook toont X niet aan dat hij zelf een bedrag van € 44.000 heeft geleend om het aan B te kunnen uitlenen. Het gelijk is aan de inspecteur. De aanslag blijft in stand.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 5.3

Wet inkomstenbelasting 2001 5.2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 25 november

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen