Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het feit dat al eerder prejudiciële vragen zijn gesteld in een casus er niet aan in de weg staat dat een tweede maal prejudiciële vragen gesteld kunnen worden.

Consorzio Italian Management en Catania Multiservizi SpA krijgen in 2006 van Rete Ferroviaria Italiana SpA de opdracht voor de uitvoering van diverse schoonmaakdiensten. Tussen partijen ontstaat onenigheid over de herziening van het bedrag van de aanbesteding. De zaak belandt uiteindelijk bij het Hof van Justitie EU. Nadat het Hof van Justitie EU arrest wijst, verzoeken Consorzio Italian Management en Catania Multiservizi SpA de Italiaanse rechter opnieuw om prejudiciële vragen te stellen. De Italiaanse rechter twijfelt of het een tweede keer in dezelfde casus prejudiciële vragen mag stellen en stelt daarover prejudiciële vragen.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het feit dat al eerder prejudiciële vragen zijn gesteld in een casus er niet aan in de weg staat dat een tweede maal prejudiciële vragen gesteld kunnen worden. Daarbij wordt wel aangegeven onder welke omstandigheden het stellen van prejudiciële vragen niet nodig is, zoals bijvoorbeeld wanneer het Hof van Justitie EU al over het voorschrift heeft geoordeeld, of wanneer een juiste uitlegging van het EU-recht dermate duidelijk is dat er geen ruimte is voor enige twijfel.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie

Editie: 23 november

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen