Hof Amsterdam oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat de door haar gestelde afspraak tussen F PA en de Belastingdienst tot stand is gekomen. Ook maakt zij niet aannemelijk dat de inspecteur het in rechte te honoreren vertrouwen heeft gewekt dat hij met F PA een dergelijke afspraak heeft gemaakt. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

Belanghebbende, X bv, heeft een belang in F PA, een Florida Professional Association. F PA is een wereldwijd opererend Amerikaans kantoor van advocaten en fiscalisten. Tussen de kantoorleiding van F PA en de Belastingdienst vindt overleg plaats over de belastingpositie van de Nederlandse shareholders/partners van F PA. In geschil is de aftrek elders belast voor het jaar 2007. X bv stelt dat zij recht heeft op een aftrek elders belast van 20% van het winstaandeel in F PA. Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat geen sprake is van een afspraak op grond waarvan X bv voorkoming zou kunnen claimen over een vast bedrag van 20%, zonder dat hierover daadwerkelijk belasting zou worden geheven in de VS. De rechtbank merkt hierbij op dat niet van belang is of F PA aan X bv, bij het aangaan van het partnerschap bij F PA, heeft medegedeeld dat een afspraak bestaat met de Belastingdienst in deze zin, omdat dit geen uitlating van de Belastingdienst betreft. De rechtbank honoreert vervolgens nog wel het beroep van X bv op het compromis dat F PA met de Belastingdienst heeft gesloten. Dat F PA tijdens de onderhandelingen over het compromis niet namens X bv is opgetreden, acht de rechtbank niet van belang. X bv verkeert namelijk in dezelfde omstandigheden als de andere partners. De rechtbank verhoogt de aftrek elders belast met 5% (van 10% naar 15%).

Hof Amsterdam (V-N 2018/46.1.1) is het met de rechtbank eens dat X bv niet aannemelijk maakt dat de door haar gestelde afspraak tussen F PA en de Belastingdienst tot stand is gekomen. Ook maakt zij niet aannemelijk dat de inspecteur het in rechte te honoreren vertrouwen heeft gewekt dat hij met F PA een dergelijke afspraak heeft gemaakt. Het hof volgt de rechtbank echter niet in haar oordeel dat X bv ook recht heeft op toepassing van het compromis dat F PA met de Belastingdienst heeft gesloten. X bv heeft er namelijk voor gekozen om haar primaire standpunt te handhaven en het compromis niet te aanvaarden. Het gelijk is aan de inspecteur.

De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen 25

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Internationaal belastingrecht

Instantie: Hoge Raad

Editie: 31 oktober

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen