Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het in strijd met het EU-recht is dat Belgische ondernemingen overzichten moeten verstrekken van betalingen voor diensten die zijn verleend door een niet-ingezeten onderneming.

De Belgische vennootschappen Pharmacie populaire – La Sauvegarde SCRL en Pharma Santé – Réseau Solidaris SCRL verhandelen farmaceutische producten. Voor het transport van de geneesmiddelen schakelen zij het Luxemburgse LAD Sàrl in. In verband met het inschakelen van een niet-ingezeten onderneming, moeten Pharmacie populaire en Pharma Santé individuele fiches en samenvattende opgaven opstellen. Daarmee wordt voorkomen dat zij een afzonderlijke aanslag ontvangen. Omdat deze individuele fiches en samenvattende opgaven niet zijn opgesteld, wordt aan beide ondernemingen een afzonderlijke aanslag opgelegd. Pharmacie populaire en Pharma Santé zijn van mening dat sprake is van een door art. 56 VWEU verboden beperking van de vrijheid van dienstverrichting. De Belgische rechter stelt een prejudiciële vraag in deze zaak.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het in strijd met het EU-recht is dat Belgische ondernemingen overzichten moeten verstrekken van betalingen voor diensten die zijn verleend door een niet-ingezeten onderneming. Voor betalingen voor diensten die door Belgische ondernemingen zijn verricht, geldt deze verplichting namelijk niet. De Belgische regeling levert een beperking van de vrijheid van dienstverrichting op.

[Bron Uitspraak]

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Vennootschapsbelasting

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie

Editie: 28 februari

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen