Rechtbank Gelderland verklaart de beroepen van X kennelijk niet-ontvankelijk vanwege het ontbreken van de gronden.

Belanghebbende, X, maakt bezwaar tegen twee aanslagen rioolrechten van de gemeente Nijmegen. Als de gemeente het bezwaar afwijst, stelt X beroep in.

Rechtbank Gelderland verklaart de beroepen van X kennelijk niet-ontvankelijk vanwege het ontbreken van de gronden. X heeft in het beroepschrift verwezen naar de procedure over 2006, maar daarvan geen stukken bijgevoegd. Daarmee heeft X in strijd met art. 6:5 Awb niet de gronden van het beroep vermeld. Dat de rechtbank bekend is met de door X aangehaalde procedure (waarvan Hof 's-Hertogenbosch nu het hoger beroep behandelt) doet aan het voorgaande niet af, nu de wet voorschrijft dat het beroepschrift de gronden moet vermelden en aan dit vereiste niet is voldaan. De rechtbank ziet geen reden om voorbij te gaan aan dit vormvereiste, te meer nu X over 2006 in het ongelijk is gesteld en hij geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid die de rechtbank hem heeft geboden, om de gronden aan te vullen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:5

Algemene wet bestuursrecht 6:6

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 4 oktober

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen