Belanghebbende, X, maakt bezwaar tegen een naheffingsaanslag omzetbelasting. Na bezwaar vernietigt de inspecteur deze naheffingsaanslag en kent hij X een kostenvergoeding toe op basis van een wegingsfactor van 0,5. X bepleit in beroep en hoger beroep een hogere wegingsfactor.
Hof Amsterdam verklaart het hoger beroep van X gericht tegen de hoogte van de bezwaarkostenvergoeding ongegrond. Het hof oordeelt dat de rechtbank in redelijkheid tot de beoordeling kon komen het gewicht van deze zaak als ‘licht’ te kwalificeren. De naheffingsaanslag was aan X opgelegd omdat de opvolger van X bij het doen van aangifte en het betalen van de btw ten onrechte het btw-nummer van X had gebruikt. De stelling van X dat de fiscus zijn systemen zo moet inrichten dat een fout in de aangifte omzetbelasting wordt gesignaleerd en dat dan een verzoek om inlichtingen wordt gedaan, vindt geen steun in het recht.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:15