Adviseurs en advocaten raden cliënten aan hun cryptovermogen met terugwerkende kracht aan te geven bij de fiscus als zij dat eerder hebben verzuimd. Dat schrijft het FD. Wie cryptomunten heeft, moet de waarde van deze belegging op de peildatum opgeven aan de Belastingdienst, zoals dat ook gebeurt met aandelen en vastgoed. De peildatum is 1 januari van het jaar waarover belasting wordt betaald.

De krant meldt dat spaartegoeden en beleggingen meestal al op de vooraf ingevulde aangifte staan, doordat banken die doorgeven aan de Belastingdienst. Bij cryptomunten gaat de dienst tot nu toe uit van goed vertrouwen in de belastingplichtige maar dat gaat binnen afzienbare tijd veranderen. Er ligt namelijk een Europese richtlijn klaar, DAC 8, waarbij handelsplatformen voor cryptovaluta's, de exchanges, worden verplicht de waarde van de portefeuilles van hun klanten door te geven aan de fiscus.

Zodra DAC-8 is aangenomen, moeten individuele lidstaten die omzetten in nationale wetgeving. Daarna volgt de invoering van de rapportageplicht. Woody Jansen de Lannoy van advocatenkantoor Jaeger zegt hierover in de krant: "Zodra de fiscus over de data van de handelsplatformen beschikt, mag die navorderingen tot vijf jaar terug opleggen. Daar komt rente bovenop plus een bestuurlijke boete wegens belastingontduiking. In plaats van deze administratieve afdoening kan het Openbaar Ministerie ook tot strafrechtelijke vervolging overgaan."

Verder is een memo van de Kennisgroep IB-niet winst van de Belastingdienst geopenbaard waarin de fiscale behandeling van ontstane cryptomunten in box 3 aan de orde komt. Hierin staat dat cryptomunten die zijn ontstaan uit een 'hard fork' een bezitting zijn in box 3. Dit is ook het geval als de belastingplichtige de ontstane cryptomunten niet claimt. 

Lees ook het thema Blockchain, crypto-munten en fiscaliteit.

Bron: FD

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Inkomstenbelasting

31

Gerelateerde artikelen