In de afgelopen vier jaar hebben 22 buitenlandse bedrijven, waarvan het merendeel alleen een brievenbusmaatschappij heeft, Nederlandse investeringsverdragen gebruikt om landen aan te klagen. Het merendeel daarvan was alleen op papier in Nederland gevestigd, stelt de NOS na eigen onderzoek. Ondanks het feit dat opeenvolgende ministers hebben gezegd dat deze praktijk onwenselijk is, is het nog altijd mogelijk.
Nederland heeft met 75 andere landen investeringsverdragen. Daarin is een clausule opgenomen die Nederlandse investeerders beschermt tegen willekeur van overheden in andere landen. Omdat investeerder ruim gedefinieerd is, kunnen ook buitenlandse bedrijven die hier louter een brievenbusfirma hebben, gebruikmaken van de rechtsbescherming die de verdragen bieden.
In 2019 heeft het ministerie van Buitenlandse Zaken een strengere omschrijving van wat een investeerder is, opgesteld in een modeltekst voor nieuwe verdragen. Ook de bestaande verdragen moeten van die nieuwe definitie worden voorzien. Daarover was Nederland al met verschillende landen in gesprek, maar door coronareisbeperkingen liggen die onderhandelingen stil. Ook als die weer op gang komen kunnen de onderhandelingen nog jaren duren, waarschuwt het ministerie.
Al in 2018 kaartte de Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (SOMO) het misbruik van brievenbusfirma's aan in een rapport met Milieudefensie. Daaruit bleek dat ongeveer driekwart van de 'Nederlandse' claims tussen 1968 en 2016 van brievenbusmaatschappijen kwamen, zo schrijft de NOS.
Bron: NOS
Informatiesoort: Nieuws