Nederland heeft met veel andere landen een verdrag ter voorkoming van dubbele inkomstenbelastingheffing afgesloten. In januari heeft de Belastingdienst nieuwe versies van het overzicht 'Verdragsstaten IB ingezetenen' en 'Verdragsstaten IB niet-ingezetenen' gepubliceerd.
In de overzichten is per belastingverdrag opgenomen aan welk land het heffingsrecht toekomt over bepaalde bronnen van inkomen. Het overzicht ‘Verdragsstaten IB-ingezetenen’ is opgesteld vanuit het fiscale perspectief dat een persoon als binnenlands belastingplichtige is aan te merken en inkomen uit het buitenland ontvangt.
Het overzicht ‘Verdragsstaten IB-niet-ingezetenen’ is opgesteld vanuit het fiscale perspectief dat een persoon als buitenlands belastingplichtige is aan te merken en inkomen uit Nederland ontvangt. Uit de overzichten blijkt onder andere aan welk land de belastingheffing over lijfrente-uitkeringen of pensioentermijnen toekomt.
Belang voor de praktijk
Op grond van belastingverdragen is de belastingheffing over inkomensbestanddelen toegewezen aan het woonland, aan het bronland of aan zowel het woon- als het bronland. Veel landen betrekken echter het wereldinkomen van hun inwoners in de belastingheffing.
Als de belastingheffing op grond van een belastingverdrag is toegewezen aan de bronstaat zal dit land mogelijk ook belasting heffen over de inkomsten. Om te voorkomen dat inkomsten zowel in de woon- als in de bronstaat zijn belast is in veel belastingverdragen een bepaling ter voorkoming van dubbele belastingheffing opgenomen.
Er zijn twee methoden om dubbele belasting te voorkomen: de verrekenings- en de vrijstellingsmethode. Beide methodes zijn onderstaand toegelicht vanuit het perspectief van een belastingplichtige die in Nederland woont.
Vrijstellingsmethode
Bij de berekening van de vrijstellingsmethode gaat de Belastingdienst uit van de verhouding tussen het inkomen waarover Nederland volgens het belastingverdrag geen belasting mag heffen en het totale inkomen (wereldinkomen).
Voorbeeld
Loon uit Nederland | € 20.000 |
Loon uit buitenland | € 30.000 |
Belastbaar inkomen box 1 | € 50.000 |
Berekende inkomstenbelasting (stel) | € 15.500 |
Over het loon uit het buitenland is in het buitenland belasting verschuldigd. Nederland verleent aftrek om dubbele belasting te voorkomen. De aftrek bedraagt (€ 30.000 / € 50.000) x € 15.500 = € 9.300.
Verrekeningsmethode
Bij de verrekeningsmethode verrekent de Belastingdienst de buitenlandse belasting met de inkomstenbelasting in Nederland. De verrekening is echter niet onbeperkt, er geldt de zogenoemde evenredigheidslimiet. Dit is de verhouding tussen het inkomen dat niet belastbaar is in Nederland en het wereldinkomen vermenigvuldigd met de berekende belasting.
Voorbeeld
Loon uit Nederland | € 10.000 |
Pensioen uit buitenland | € 40.000 |
Belastbaar inkomen box 1 | € 50.000 |
Berekende inkomstenbelasting (stel) | € 15.500 |
Buitenlandse belasting | € 7.000 |
De evenredigheidslimiet is (€ 40.000 / € 50.000) x € 15.500 = € 12.400. Het bedrag van de buitenlandse belasting is niet hoger dan de evenredigheidslimiet en dus verrekent Nederland € 7.000 met de over het wereldinkomen verschuldigde belasting.
In de gepubliceerde overzichten staat per land en per soort inkomsten welke methode ter voorkomen van dubbele belastingheffing van toepassing is.
Bron: Legal & Tax Nationale Nederlanden
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Internationaal belastingrecht