Terwijl de datum van 1 juli met rasse schreden nadert zijn er nog grote onduidelijkheden over de fiscale behandeling van DGA-pensioenpolissen. Er is daarom geen tijd om DGA's vóór 1 juli een zorgvuldig advies te geven. Maar de DGA met een pensioenpolis moet wel vóór 1 juli de keuze maken om de polis wel of niet naar de eigen BV over te dragen. Want na 1 juli is overdracht niet meer mogelijk.

Ik raad daarom iedere DGA met een pensioenpolis met klem aan om vóór 1 juli bij de verzekeraar een verzoek tot waardeoverdracht naar de BV in te dienen. De feitelijke overdracht mag dan na deze datum plaatsvinden. Maar er zou ook nog besloten kunnen worden om toch niet over te dragen. Kortom, door vóór 1 juli een verzoek tot waardeoverdracht in te dienen wint de DGA bedenktijd.

Dwangbuispensioen

Vrijwel alle DGA-pensioenpolissen behelzen de opbouw van een pensioenkapitaal. Op pensioendatum vindt omzetting van dit kapitaal in een uitkering plaats tegen de op dat moment geldende verzekeringstarieven. Door de lage rentestand zijn deze tarieven op dit moment extreem ongunstig. Het totaal aan te ontvangen pensioenuitkeringen op basis van de te verwachten levensduur is zelfs lager dan het om te zetten pensioenkapitaal. In dit soort situaties had de DGA tot heden de mogelijkheid om een dergelijke kapitaalvernietiging te voorkomen door het kapitaal naar de eigen BV te halen. Wiebes heeft deze vluchtroute afgesneden. En een motie van tweede kamerlid Pieter Omtzigt, om voor het tot 1 juli 2017 opgebouwde pensioenkapitaal de mogelijkheid van waardeoverdracht naar de BV na 1 juli te behouden - een buitengewoon redelijk voorstel - haalde het niet. Kortom, vanaf 1 juli wordt een DGA-pensioenpolis een dwangbuispensioen, een pensioen waar je geen kant mee op kan, en rest er slechts de hoop dat de rente in de eurozone nog een keer gaat stijgen.

Quod licet Iovi non licet bovi

Iedere dag dat de onduidelijkheid voortduurt betekent de facto een verkorting van de coulanceperiode. Inmiddels is deze coulanceperiode, met een oorspronkelijke duur van 3 maanden, dus al met ruim twee maanden ingekort. In plaats van een hausse aan vóór 1 juli gedane verzoeken om waardeoverdracht, zou het de voorkeur verdienen dat Wiebes de coulancetermijn verlengt tot het einde van het jaar. Maar er is geen haar op zijn hoofd die daar aan denkt, zo blijkt uit een brief van 19 mei jongstleden. Omdat er gegronde redenen zijn voor een verlenging van coulanceperiode, valt het te betreuren dat Wiebes zich zo halsstarrig opstelt. Dit geldt te meer wanneer je bedenkt dat bij de beruchte en fiscaal onzuivere vertrekregeling van de Belastingdienst wel soepel met de voorwaarden en termijnen is omgegaan. Dit meten met twee maten is fnuikend voor de belastingmoraal.

 

Informatiesoort: Column

Rubriek: Pensioenen, Inkomstenbelasting, Loonbelasting

14

Gerelateerde artikelen